Wij maken gebruik van cookies

Onze website maakt gebruik van cookies van derden om onze diensten en producten te kunnen analyseren en verbeteren. U kunt instemmen of u deze cookies wilt accepteren.

Inloggen

Nora Akachar

door Aline de Jong | fotografie: Raffaella Gargiulo

 

"Ondersteun makers totdat ze zelf hun vleugels kunnen uitslaan"

 

Nora Akachar (39) is theatermaker, acteur, televisiemaker, spreker en hulpverlener. Ze werd geboren in Marokko en groeide op in de Haagse Schilderswijk. Ze is bekend van haar theaterproducties Trauma’s van Nora (2021), Alles Over-Winnen (2022), Ongesteld (2023). In 2025 tourt Nora met de voorstelling Tamghart

 

"Mijn hele leven hoor ik: ‘Je moet iets doen met die scherpte en die humor.’ Als jong meisje trok ik al aandacht op feestjes, gevraagd of ongevraagd. De weg naar het podium was niet vanzelfsprekend. Ik kom uit een vrij conservatieve familie. Daar wordt de rol van de vrouw heel serieus genomen: niet op de voorgrond treden, vooral niet op een podium waar iedereen naar je kijkt. Het was de bedoeling om een bescheiden rol te hebben, te trouwen, kinderen te krijgen. Ik heb dus best wat weerstand ervaren. Nu ben ik theater- en televisiemaker. Ik maak documentaires, presenteer programma’s, denk mee over formats en maak vooral eigen voorstellingen." 

 

"Mijn doel is om te laten zien dat je, door trouw te blijven aan jezelf, alles kunt bereiken. Dat het niet uitmaakt wat anderen van je vinden. Ik wil ook moeilijke onderwerpen bespreekbaar maken en taboes doorbreken. Dat leidt niet altijd meteen tot dialoog, maar als het mensen aan het denken zet, is dat al winst. Op een bijeenkomst zag ik regisseur en comedian Amar El Ajjouri optreden. Zijn sketches en humor inspireerden me. Ik stapte op hem af, en hij vertelde over een nieuw theatergezelschap. Ik ging kijken en vond daar andere jongeren zoals ik: vol talent en creativiteit, maar nog zonder plek om dat kwijt te kunnen. Onder Amars begeleiding zette ik mijn eerste stappen in het theater. Hij leerde me hoe ik op het podium moest staan, en ik ontdekte hoe leuk dat was." 

 

Beperkte budgetten

"Het begon in mijn buurt, de Haagse Schilderswijk, in het Scala Theater (nu theater De Vaillant). Met beperkte budgetten maakten we kleine producties, soms speelden we buiten Den Haag. Als actrice hoefde ik me niet om de organisatie te bekommeren; alles was geregeld. Noem mij autodidact. Ik blijf groeien in mijn vak. Ooit hoop ik te regisseren, maar ik respecteer het vak te veel om te denken dat ik dat zomaar kan. Net zoals acteren – dat heb ik uiteindelijk goed gedaan, maar daar heb ik veel voor geleerd en gewerkt. Regisseren is een vak apart: je moet een visie hebben en weten hoe je die uitvoert. Binnenkort begin ik met een cursus dramaturgie. Dat helpt niet alleen als ik de regiehoek opga, maar is ook waardevol voor mijn werk bij de NTR, waar ik producer ben op de afdeling fictie." 

 

"Wat ik nu maak, zijn vooral ego-documenten. Het draait om mij: mijn groei, mijn struggles, mijn identiteit. Dichtbij en vertrouwd. Maar ik wil graag een stap verder, een hoger niveau bereiken. Iets spelen dat verder van mezelf afstaat - Maxima bijvoorbeeld. Als autodidact heb ik mijn eigen pad gebaand. Opleidingen of cursussen? Prima, vooral doen! Maar ik leerde in de praktijk door te spelen en naar anderen te kijken. Soms hoor ik een term en denk: wat betekent dat eigenlijk? Zo ontdekte ik pas later dat ‘montage’ ook in theater wordt gebruikt, niet alleen bij film. Ik wil meer dan alleen mijn eigen verhalen vertellen. Ik wil normaliseren dat mijn leeftijdgenoten, vrouwen met een hoofddoek, islamitische vrouwen, dit vak gewoon kunnen doen. Lange tijd was ik de enige op professioneel niveau met een hoofddoek. Nog steeds eigenlijk, al zijn er nu makers als Hanina Ajarai, bijvoorbeeld. Maar het aantal blijft nog veel te laag." 

 

"Het Scala Theater in de Haagse Schilderswijk was een inspirerende plek waar altijd iets gebeurde. Naast ons gezelschap waren er andere groepen en grote namen zoals Hassan’s Angels. Dat voedde mijn passie. Tussendoor kreeg ik figuratierolletjes op tv en ontdekte ook die kant van het vak. Voor ik het wist, zat ik er helemaal in. Na een tijd besloot ik te trouwen en een meer traditionele rol aan te nemen. Ik had veel van de theaterwereld ervaren en mijn liefde voor theater bleef, maar ik dacht: ik kan ook gewoon in het publiek zitten. Toch begon het na een paar jaar weer te kriebelen. Aanvragen voor sketches en hosting opdrachten sloeg ik eerst nog af, tot ik na tien jaar besloot het weer op te pakken. Dat voelde meteen goed." 

 

Maken 

"Het begon met een Facebookgroep. Ik noemde het Trauma’s van Nora en ik begon verhalen te delen, vooral uit mijn jeugd. Mijn verhalen dikte ik soms wat aan voor het grappige effect, en dat werkte: mensen herkenden zich en deelden hun eigen ervaringen. Wat ik niet verwachtte, was hoe snel de groep zou groeien. Ik dacht aan een pagina voor 200 à 300 vrienden, maar binnen twee weken ontplofte het. Zonder promotie had ik 10.000 volgers. Mensen tagden elkaar en deelden de pagina. Het was de kracht van herkenning: pijnlijke herinneringen worden draaglijker in een humoristisch jasje. De eerste verhalen gingen vooral over herkenbare struggles binnen het gezin. Zoals: ‘Kijk me aan als ik tegen je praat.’ Bij ons thuis werd dat juist als brutaal gezien. Ik herinner me een keer dat ik met mijn vader naar de huisarts ging en iets moest vertalen, maar het woord in het Riffijns niet kende. Hij werd zó boos! Op zo’n moment wil je dood. Achteraf kun je erom lachen." 

 

"Later veranderde de toon in de Facebookgroep. De verhalen werden zwaarder. Mensen deelden ervaringen over seksueel misbruik, verkrachting, uithuwelijking en achterlating. Moeilijke, vaak onbesproken onderwerpen. Maar ik vind dat alles overal bespreekbaar moet zijn. Mensen reageerden soms met ongeloof: ‘Dit kan niet waar zijn.’ Maar ik stelde één duidelijke regel: iedereen mocht zijn verhaal delen. Het is niet aan mij om te bepalen wat waar is. Deze dingen gebeuren, en we moeten onze ogen openen. Ook binnen mijn familie leidde het tot discussies. Mijn broers en zussen vroegen: ‘Waarom zet je dat nou online?’ Maar mijn antwoord bleef: dit is mijn perspectief, mijn waarheid. Zodra iemand me probeert onder de duim te houden - of dat nu online is of offline - ga ik nog harder vechten. Op een gegeven moment dacht ik: waarom brengen we de verhalen uit Trauma’s van Nora niet naar het podium? We plaatsten een oproep voor deelnemers en kregen tien aanmeldingen, allemaal autodidacten. Teksten werden vergeten, er ging van alles mis, maar we zeiden erbij: we zijn geen professionals. Het lukte het ons, met hulp van Rose Stories, om samen een fantastische voorstelling te maken." 

 

"De première en drie extra shows in De Regentes in Den Haag waren uitverkocht. Artistiek directeur Laudie Vrancken, die ik nog kende van het Scala Theater, was meteen enthousiast en hielp met de zaalhuur. We speelden daarna in vier of vijf andere theaters. Het succes van de voorstelling lag in herkenning en erkenning. Verhalen over verwaarlozing, slechte huwelijken en pijnlijke ervaringen maakten duidelijk dat mensen niet alleen zijn. Vooral vrouwen herkenden zich en vonden opluchting en heling in het besef: je hebt gelijk, dit was klote. De media waardeerden het taboedoorbrekende karakter, wat leidde tot interviews, lokaal en landelijk. Zelfs Facebook nam contact op omdat zagen dat de Facebookpagina van Trauma’s van Nora erg actief was. Ik had weer contact met Laudie Vrancken, directeur van De Regentes, en vertelde haar dat het begon te borrelen en ik theater weer wilde oppakken. We maakten in coronatijd online een kort Moedig Monoloog voor de Haagse Vrouwendagen en dat was de aanzet voor mijn eerste solovoorstelling. Vervolgens introduceerde ze mij bij de Participatie Federatie (dPF). Daar kon ik mijn idee pitchen." 

 

Tweede voorstelling 

"Het maken van Alles Over-Winnen was een fijn en open proces. Arjen Barel van het Storytelling Centre coachte me inhoudelijk als co-auteur, regisseur en dramaturg. Ik deelde al mijn teksten met hem en liet alle feedback toe. Zijn publieksperspectief was enorm waardevol, en ook Laudie keek dramaturgisch mee. Dit maakte mijn verhaal sterker. De Regentes en Storytelling Centre, namen het organisatorische werk uit handen, waardoor ik me volledig op mijn verhaal kon richten. Voor makers is dat essentieel; we willen creëren en verhalen vertellen, niet vastzitten in papierwerk. Het minimalistische decor – een spot en een Burger King-karretje – paste perfect bij de storytelling. Dat karretje stond symbool voor een verhaal over een vriezer die we ooit in de auto meenamen naar Marokko. Bij storytelling draait het immers om het verhaal, niet om een groot decor. Na Alles Over-Winnen kreeg ik een kans via Rose Stories (tegenwoordig QISSA), een platform dat nieuwe makers ondersteunt. Ik mocht instappen in een traject met begeleiding én financiële ondersteuning, cruciaal om door te groeien." 

 

"Mijn nieuwe voorstelling Tamghart ging in februari 2025 in première in het Spuitheater in Den Haag, gevolgd door zo’n 20 optredens in grote theaters door heel Nederland. Het maakproces bij QISSA is intensief en collaboratief. Elke week hebben we een open doorloop, waarbij collega’s en geïnteresseerden feedback geven. Dat helpt me trouw te blijven aan mijn verhaal. Ik voel dat mensen me echt willen zien winnen. Inmiddels leer ik feedback te filteren en los te laten wat niet bij mijn visie past." 

 

Marketing 

"Socials waren in 2021 nog relatief nieuw. Als we daar meer op hadden ingezet – bijvoorbeeld met een teaser of duidelijke communicatie over het stuk – hadden we een breder publiek kunnen trekken. Wat ik miste, was een echte campagne rondom het stuk, zoals Oostpool dat doet. Zij creëren echt interactie en maken hun producties zichtbaar. Met een groter budget en een betere marketingcampagne hadden we meer publiek kunnen bereiken. Met mijn nieuwe voorstelling Tamghart (2025) ondersteunt producent QISSA mij met hun theatertak. Zij werken met een impresariaat dat contacten legt met theaters. Daarnaast helpen ze met het creëren van interactie met het publiek. Dat maakt echt een verschil." 

 

Groei 

"De Participatie DPF moet beter zichtbaar worden - niet alleen dat ze bestaan maar ook als partner tijdens het proces van een maker. Bij mijn voorstelling Alles Over-Winnen voelde het soms dubbel. Je wilt als maker je vrijheid, maar dat betekent niet dat de dPF niet betrokken kan zijn. Ze kunnen juist helpen in het proces door bijvoorbeeld tussentijdse evaluaties en gesprekken te voeren: ‘We supporten je, we denken mee, we hebben middelen, hoe gaat het nu?’ Ik heb die steun gelukkig ervaren, maar in het begin wist ik niet goed wie ze waren of wat ze precies deden. Dat werd pas later duidelijk. Mijn advies is om makers creatieve vrijheid te blijven geven maar ook groeikansen te bieden, zoals trainingen en begeleiding bij subsidieaanvragen of het opzetten van een stichting. Met die ondersteuning kunnen makers echt verder komen. En ik denk dat het belangrijk is dat de dPF beter aansluiting zoekt bij organisaties zoals QISSA, impresariaten, producenten en andere theater- (en film)organisaties. Als de dPF een brug kan slaan tussen al deze partijen, wordt het proces voor makers veel overzichtelijker en toegankelijker. Wat volgt er na de wijktheaterfase? Waar kunnen makers terecht voor verdere begeleiding?" 

 

"Wat ik ook heel waardevol zou vinden in het traject van dPF, is een duidelijke structuur voor wat er gebeurt ná een project. Het is cruciaal dat makers niet het gevoel krijgen dat het bij een afvinklijstje blijft: ‘We hebben je geholpen, succes ermee.’ Blijf nieuwe makers ondersteunen totdat ze echt hun vleugels kunnen uitslaan. Het maken van vlieguren is essentieel om te groeien. Als je makers die basis geeft, plukken niet alleen zij daar de vruchten van, maar uiteindelijk ook het hele veld. Ik geloof echt dat als de dPF deze rol oppakt, ze een duurzame impact kunnen maken op het veld en op makers zoals ik. Met die ondersteuning kunnen makers echt verder komen. Bied ook na afloop van een project een vervolgtraject. Denk aan coaching, trainingen, of begeleiding bij bijvoorbeeld het aanvragen van subsidies of het opzetten van een stichting. Die praktische steun kan het verschil maken tussen een maker die blijft hangen en een maker die echt doorbreekt."